Met verslagenheid hebben wij kennis genomen van het plotselinge overlijden van ons erelid en vrijwilliger Wim van Heeringen. Wim is zeer lang actief binnen onze voetbalvereniging geweest. Hij heeft veel voor de vereniging betekend en daarvoor zijn wij hem zeer dankbaar.
Wij wensen Annie, en de familie veel krachten sterkte in deze moeilijke tijd.
Willem van Heeringen is een echte clubman. Het Erelidmaatschap bij een vereniging verdien je niet zo maar. Dat is meer dan 66 jaar lid zijn. Dat is als je niet onder woorden kan brengen wat v.v. D.O.B. voor je betekent, maar dat je dat moet voelen. En ik voelde dat in het gesprek. Aan een tafel met Dick Verweij, Bart Selders en Willem zelf. Omringd door spelende, jonge voetballers. Letterlijk in de kern van waar een dorpsclub om draait. Om de bal.
‘Ik was elf jaar. Het was in 1955, met vrienden van school gingen we af en toe voetballen. Soms ook niet, want ik hield ook van vissen. Het was ook niet zoals nu, de competitie was onder meer tegen het Weesper Rapiditas’.
Willem komt in Nigtevecht terecht met het gezin als vader Van Heeringen als brugwachter wordt aangesteld bij het dan nog veel smallere Kanaal. Nigtevecht is dan veel kleiner dan nu en de afstanden naar andere voetbalclubs veel langer. Je moest naar de tegenstander op de fiets. ‘Joop Vonk had een stratenmakers bus, waarmee we ook naar wedstrijden gingen. Maar een paar ouders waren daar niet blij mee. Zeker niet toen we in de mist een niet zo fijne rit hadden gemaakt’.
Rond 1964 streek D.O.B. neer op de huidige plek, met de twee velden. Maar met een veel kleinere kantine. ‘Er is nog een paar keer een stuk aangebouwd. In 1997, met de opening van het nieuwe, huidige clubgebouw werd ik met een smoes naar de club gelokt. Daar werd de steen onthuld met mijn naam er op. Ik hou niet van die poespas, maar nu werd ik toch maar op de foto gezet.’
Van een man als Willem van Heeringen heb je er veel in het clubleven. Genieten van de zaterdagochtenden op je club. De geur van gras in je neus. Samen zijn met je verenigingsleden. Als je aan zo’n man vraagt wat voor hem zijn club betekent is dat nauwelijks onder woorden te brengen voor hem.
‘Ik was vrij sportief, dus ik hield van voetballen.’ En dat blijkt, want van je elfde tot in je zestigste voetballen is niet iedereen gegeven. Eén van de anekdotes die ter sprake komen zijn Willem’s legendarische manier om bij koud weer warm te blijven. ‘Ik knipte dan een paar gaten in een vuilniszak en deed ‘m dan onder mijn shirt aan’. Een ander deel van die legende is dat Willem ook een krant onder zijn shirt stopte, maar daar heeft het Erelid geen actieve herinnering meer aan.
Halverwege ons gesprek komt Carl Prent met een paar overheerlijke broodjes bal. ‘Een lekkernij voor Willem! Ja, en ik heb Alfred (Kersbergen. Red.) gezegd dat ik de gehaktballen van D.O.B. misschien wel lekkerder vind dan die bij hem.’ Terwijl hij een hap neemt zegt hij met een glimlach dat de bal van Carl ‘een beetje pittig is’.
Wat Willem allemaal bij D.O.B. heeft gedaan is te veel om op te noemen. Jeugdleider samen met zijn broer. En later ook met Ome Ko Vonk. Secretaris en wedstrijdsecretaris. ‘Nu heb je WhatsApp, maar ik heb nog de tijd meegemaakt dat ik op de fiets de kaartjes moest rondbrengen waarop stond hoe laat je moest voetballen. We hadden verschillende leden in Weesp, dus dat was best een klus’. Ook Dick kan zich herinneren dat hij na de training zo’n kaartje meekreeg..
Waarvan neemt Willem nu eigenlijk afscheid? Hij stopt met de rol van consul. Oftewel diegene die bepaalt of er gevoetbald kan worden of dat het veld moet worden afgekeurd. Vroeger deed onder meer Meneer Radix dat in de tijd van Gemeente Nigtevecht. Dick vraagt: ’Klopt het Willem dat jij op speciale sandalen het veld keurde? En dat als je sokken droog bleven er werd gevoetbald, maar als je sokken nat werden je het veld afkeurde?’. Willem lacht en zegt dat er wel iets meer bij komt kijken.
Ik probeer nog een laatste keer hem te ontfutselen wat in die 66 jaar D.O.B. een hoogtepunt was. Hij benoemt de jaren dat het Eerste erg goed draaide, dat er (zoals nu ook) veel jeugd op de club te vinden was, discussies over een eventueel 5e seniorenelftal waar hij zich tegen verdedigde, omdat (ook toen) het lastig was elke zaterdag vier teams op het veld te krijgen.
Nee, eigenlijk zit die club gewoon letterlijk in zijn bloed. En kom dan na 66 jaar op een hoogtepunt. Ik staak mijn pogingen, want het is een onmogelijke vraag.
‘Ik wil gewoon niet meer zo gebonden zijn,’ zegt Willem. ‘Ik ben actief bij de tuindersvereniging en als ik gewoon naar de club wil blijf ik dat doen. 2 juli 2022 bestaat v.v. D.O.B. exact 75 jaar. Die datum staat in de agenda. En natuurlijk geldt ook voor Willem dat als ze ooit omhoog zitten hij er weer zal staan. Als is het maar voor zo’n heerlijk broodje bal gehakt. ‘Want ook daarbij draait het om de bal, Willem’ zeg ik als de Vreelandseweg weer verlaat. Clubmannen zoals Willem hebben we meer bij D.O.B., maar dat hij Erelid is lijkt mij meer dan verdiend. Dat zie je niet. Dat voel je.
Bovenstaand artikel is geschreven door Pieter Tammens n.a.v. een interview zomer 2021 bij zijn afscheid als Consul van v.v. DOB